De afgelopen periode was ik tot twee keer toe ‘expert met publiek’. Een interessante ervaring die niet eens zo veel anders bleek dat ‘expert op de bank’. Ik had me van tevoren best nerveus gemaakt, maar dat bleek gelukkig nergens voor nodig.

Maandagnacht twee weken geleden was ik te gast in het radioprogramma ‘Dit is de Nacht’, om iets te vertellen over werken met spelers met een verstandelijke beperking. Naast mijn eigen theatergroep, Irene & Co, waar we inclusief werken, geef ik ook af en toe les bij Theater Babel Rotterdam (voorheen rotterdamscentrumvoortheater / Maatwerk).

In de studio zat ook een manager van Brownies en Downies, een lunchroom-keten die werkt met personeel met een verstandelijke beperking. Het was leuk om ervaringen te delen en te merken dat het vooral neerkomt op geduld en wederzijds respect. Mooi toch?

Luister de uitzending hier terug.

 

Daarnaast heb ik afgelopen zaterdag voor het eerst deelgenomen aan een paneldiscussie over de podiumpoëzie, een onderwerp waar ik na drie jaar Poëziebus best één en ander over kan vertellen en waar ik ook een mening over heb.

Het debat werd georganiseerd door Perdu en was onderdeel van het Woorden Worden Zinnen Festival in de Tolhuistuin.

Tussendoor: Liefhebbers van woordkunst raad ik bij dezen aan om eens een kijkje te nemen bij de evenementen die deze club enthousiaste mensen in Amsterdam, Rotterdam en Dordrecht organiseert.

Ik zat om de tafel met Babs Gons (spoken word artiest en wegbereider voor het genre) en Yannick Moyson (organisator van diverse podia in Vlaanderen en jongerenwerker). Dean Bowen (dichter) modereerde het gesprek.

Het gesprek ging over de noodzaak om samen te werken binnen de podiumpoëzie, maar ging óók over serieus genomen worden als genre, artiest, organisatie.

Babs was positief gestemd (er is al een hoop bereikt), ik was zelf vooral kritisch (er moet nog zoveel gebeuren). Dat is deels een karaktertrek (ik kijk graag naar wat er beter kan en hoe je dat kunt bewerkstelligen) en deels verwant aan organisatievolwassenheid (we zijn met Poëziebus tenslotte ‘pas’ drie jaar bezig). Yannick gaf wat meer inzicht in de verschillen met België, die groter zijn dan je in eerste instantie zou denken. Zo staan het bij het Vlaams Fonds voor de Letteren sinds een paar jaar ook slamdichters op de auteurslijst –  waar je in Nederland nog steeds gepubliceerd moet zijn om jezelf professioneel te mogen noemen.

Ik vond het een erg fijn gesprek, waarvan ik vooral heb geleerd dat geduld een schone zaak is (en volhardendheid een noodzakelijke eigenschap).

Kort en goed waren het twee bijzondere en leerzame ervaringen. Zo’n expert die leert nog eens wat…